Hé, heb je er ooit over nagedacht hoe gaaf het zou zijn als je in Word alles super snel zou kunnen doen zonder constant naar de muis te hoeven grijpen? Precies hier komen toetsenbordsnelkoppelingen om de hoek kijken! Stel je voor dat je met een paar simpele toetscombinaties je tekst sneller dan ooit tevoren kunt formatteren, bewerken en door je document kunt navigeren.

Met toetsenbordsnelkoppelingen in Word wordt dit mogelijk. Of je nu bezig bent met een enorme rapport of snel wat notities maakt - met deze sneltoetsen vlieg je als het ware door je taken heen. En het beste van alles? Je bespaart niet alleen veel tijd, maar je werk voelt ook veel soepeler en minder vermoeiend aan.

In het begin is het misschien een beetje als het leren van een nieuwe taal, maar geloof me, zodra je het onder de knie hebt, wil je nooit meer terug. En wie weet, misschien word je zelfs de Word-Ninja op kantoor of in je vriendenkring. Dus laten we eens kijken naar een aantal van deze geniale snelkoppelingen en zien hoe je jouw Word-vaardigheden naar een hoger niveau kunt tillen!

Inhoudsopgave

De meest gebruikte toetscombinaties in Microsoft Word

ActieToetscombinatie
Document openenCTRL+O
Nieuw document makenCTRL+N
Document opslaanCTRL+S
Document sluitenCTRL+W
Inhoud knippenCTRL+X
Inhoud kopiërenCTRL+C
Inhoud plakkenCTRL+V
Volledige inhoud selecterenCTRL+A
Vet formatterenCTRL+B
Cursief formatterenCTRL+I
Tekst onderstrepenCTRL+U
Lettergrootte verkleinenCTRL+[
Lettergrootte vergrotenCTRL+]
Tekst centrerenCTRL+E
Tekst links uitlijnenCTRL+L
Tekst rechts uitlijnenCTRL+R
Opdracht annulerenESC
Actie ongedaan makenCTRL+Z
Actie herhalenCTRL+Y
Zoom aanpassenALT+W, Q
Documentvenster splitsenCTRL+ALT+S
Splitsing ongedaan makenALT+SHIFT+C of ALT+CTRL+S

Gebruik van toegangstoetsen voor linttabbladen

ActieToetscombinatie
Naar het zoekveld gaanALT+Q, gevolgd door de zoekterm invoeren
Bestandspagina openenALT+F
Linttabblad "Start" openenALT+H
Linttabblad "Invoegen" openenALT+I
Linttabblad "Ontwerpen" openenALT+G
Linttabblad "Indeling" openenALT+S
Linttabblad "Verwijzingen" openenALT+S
Linttabblad "Verzendlijst" openenALT+M
Linttabblad "Controleren" openenALT+R
Linttabblad "Weergave" openenALT+W

Werken met het lint met het toetsenbord

ActieToetscombinatie
Actieve linttabbladen selecterenALT of F10
Focus verplaatsen naar menubalknoppenTab of Shift+Tab
Wisselen tussen opdrachtgroepenCTRL+Shift+Links/Rechts
Wisselen tussen elementen in het lintPijltjestoetsen
Snelinfo tonen voor gefocust elementCTRL+Shift+F10
Geselecteerde knop activerenSPATIE of ENTER
Lijst voor geselecteerde opdracht openenOmlaag-pijltje
Menu voor geselecteerde knop openenALT+Omlaag-pijltje
Naar volgende opdracht in geopend menu gaanOmlaag-pijltje
Lint uitbreiden/verbergenCTRL+F1
Contextmenu openenShift+F10 of Windows-menu-toets
Naar submenu gaanLinks-pijltje

Navigeren in het document

ActieToetscombinatie
Cursor één woord naar links verplaatsenCTRL+Links-pijltje
Cursor één woord naar rechts verplaatsenCTRL+Rechts-pijltje
Cursor één alinea omhoog verplaatsenCTRL+Omhoog-pijltje
Cursor één alinea omlaag verplaatsenCTRL+Omlaag-pijltje
Cursor naar einde van huidige regel verplaatsenEND
Cursor naar begin van huidige regel verplaatsenPOS1
Cursor naar begin van scherm verplaatsenCTRL+ALT+Pagina Omhoog
Cursor naar einde van scherm verplaatsenCTRL+ALT+Pagina Omlaag
Cursor verplaatsen door één scherm omhoog te scrollenPagina Omhoog
Cursor verplaatsen door één scherm omlaag te scrollenPagina Omlaag
Cursor naar begin van volgende pagina verplaatsenCTRL+Pagina Omlaag
Naar begin van vorige pagina gaanCTRL+Pagina Omhoog
Cursor naar einde van document verplaatsenCTRL+END
Cursor naar begin van document verplaatsenCTRL+POS1
Cursor naar positie van vorige wijziging verplaatsenShift+F5
Cursor naar laatste wijziging verplaatsenShift+F5 na openen
Navigeren door niet-verankerde vormenCTRL+ALT+5, dan TAB
Navigatie door niet-verankerde vormen beëindigenESC
Navigatievenster weergevenCTRL+F
Dialoogvenster "Ga naar" openenCTRL+G
Navigeren door vorige wijzigingenCTRL+ALT+Z

Weergeven in voorbeeld en afdrukken van een document

ActieSneltoets
Document afdrukkenCTRL+P
Overgang naar paginaweergaveCTRL+ALT+I
Cursor verplaatsen in vergrote paginaweergavePijltoetsen
Naar vorige/volgende pagina in verkleinde paginaweergave gaanPgUp of PgDn
Naar eerste pagina in verkleinde paginaweergave gaanCTRL+HOME
Naar laatste pagina in verkleinde paginaweergave gaanCTRL+END

Markeren van tekst en afbeeldingen

ActieSneltoets
Tekst markerenSHIFT+PIJLTOETSEN
Woord links selecterenCTRL+SHIFT+LINKER-PIJL-TOETS
Woord rechts selecterenCTRL+SHIFT+RECHTER-PIJL-TOETS
Tot begin van regel selecterenSHIFT+HOME
Tot einde van regel selecterenSHIFT+END
Tot begin van alinea selecterenCTRL+SHIFT+OMHOOG-PIJL
Tot einde van alinea selecterenCTRL+SHIFT+OMLAAG-PIJL
Tot begin van scherm selecterenSHIFT+PgUp
Tot einde van scherm selecterenSHIFT+PgDn
Tot begin van document selecterenCTRL+SHIFT+HOME
Tot einde van document selecterenCTRL+SHIFT+END
Tot einde van venster selecterenCTRL+ALT+SHIFT+PgDn
Volledige inhoud markerenCTRL+A

Uitbreiden van de selectie

ActieSneltoets
Selectie uitbreidenF8
Tekens links/rechts markerenF8, LINKS-/RECHTER-PIJL-TOETSEN
Stapsgewijs selectie uitbreidenHerhaaldelijk F8 indrukken
Markering verkleinenSHIFT+F8
Verticaal tekstblok selecterenCTRL+SHIFT+F8, dan pijltoets
Selectie niet verder uitbreidenESC

Bewerken van tekst en afbeeldingen

ActieSneltoets
Woord links verwijderenCTRL+BACKSPACE
Woord rechts verwijderenCTRL+DEL
Klembordtaakvenster openenALT+H, F, O
Inhoud knippenCTRL+X
Inhoud kopiërenCTRL+C
Inhoud plakkenCTRL+V
Inhoud verplaatsenF2, dan ENTER
Inhoud kopiërenSHIFT+F2, dan ENTER
AutoTekstblok definiërenALT+F3
AutoTekstblok invoegenENTER bij QuickInfo
Inhoud knippen naar verzamelingCTRL+F3
Inhoud uit verzameling invoegenCTRL+SHIFT+F3
Geselecteerde opmaak kopiërenCTRL+SHIFT+C
Geselecteerde opmaak plakkenCTRL+SHIFT+V
Kop-/voettekst kopiërenALT+SHIFT+R
Dialogvenster "Vervangen" weergevenCTRL+H
Dialogvenster "Object" weergevenAlt+N, J, J
SmartArt-afbeelding invoegenALT+N, M
WordArt-afbeelding invoegenALT+N, W

Opmaak en uitlijnen van alinea's

ActieSneltoets
Alinea centrerenCTRL+E
Alinea uitvullenCTRL+J
Alinea links uitlijnenCTRL+L
Alinea rechts uitlijnenCTRL+R
Inspringen eerste regel van alineaCTRL+M
Inspringing van alinea verwijderenCTRL+SHIFT+M
Hangende inspringing makenCTRL+T
Hangende inspringing verwijderenCTRL+SHIFT+T
Alinea-opmaak verwijderenCTRL+Q
Eenvoudige regelafstand toepassen op alineaCTRL+1
Dubbele regelafstand toepassen op alineaCTRL+2
Regelafstand van 1,5 regels toepassen op alineaCTRL+5
Spatie vóór alinea toevoegen of verwijderenCTRL+0
AutoOpmaak activerenCTRL+ALT+K
Toewijzen van de Standaard-opmaakCTRL+SHIFT+N
Toewijzen van de Opmaak Stijl 1CTRL+ALT+1
Toewijzen van de Opmaak Stijl 2CTRL+ALT+2
Toewijzen van de Opmaak Stijl 3ALT+3
Weergeven van de taakbalk Stijlen overnemenCTRL+SHIFT+S
Toon de taakbalk StijlenCTRL+ALT+SHIFT+S

Opmaak van tekens

ActieSneltoets
Dialoogvenster Lettertype weergevenCTRL+D of CTRL+SHIFT+F
Lettergrootte vergrotenCTRL+SHIFT+>
Lettergrootte verkleinenCTRL+SHIFT+<
Lettergrootte met 1 punt vergrotenCTRL+]
Lettergrootte met 1 punt verkleinenCTRL+[
Wijzigen naar hoofdlettermodusSHIFT+F3
Text omzetten naar hoofdlettersCTRL+SHIFT+A
Text verbergenCTRL+SHIFT+H
Vet opmaken toepassenCTRL+B
Opsomming toevoegenCTRL+SHIFT+L
Onderstreepte opmaak toewijzenCTRL+U
Onderstreping zonder spatie toepassenCTRL+SHIFT+W
Dubbele onderstreping toepassenCTRL+SHIFT+D
Cursief opmaken toewijzenCTRL+I
Klein kapitaal opmaken toewijzenCTRL+SHIFT+K
Subscript toepassenCTRL+=
Superscript toepassenCTRL+SHIFT++
Handmatige tekstopmaak verwijderenCTRL+SPATIEBALK
Text omzetten naar symboolfontCTRL+SHIFT+Q

Beheren van tekstopmaak

ActieSneltoets
Weergeven van alle niet-afdrukbare tekens.CTRL+SHIFT+8 (gebruik niet het numerieke toetsenblok)
Weergeven van de taakbalk Opmaak weergeven.SHIFT+F1

Invoegen van speciale tekens

ActieSneltoets
Invoegen van een regelovergangSHIFT+ENTER
Invoegen van een paginascheiding.CTRL+ENTER
Invoegen van een kolomscheiding.CTRL+SHIFT+ENTER
Invoegen van een em-dash (—).CTRL+ALT+MIN (op het numerieke toetsenblok)
Invoegen van een en-dash (–).CTRL+MIN (op het numerieke toetsenblok)
Invoegen van een facultatieve koppelteken.CTRL+HYPHEN (-)
Invoegen van een zachte koppelteken.CTRL+SHIFT+HYPHEN (-)
Invoegen van een beschermd spatie.CTRL+SHIFT+SPATIEBALK
Invoegen van het copyright-symbool.CTRL+ALT+C
Invoegen van het geregistreerd handelsmerksymbool (®).CTRL+ALT+R
Invoegen van het handelsmerksymbool (™).CTRL+ALT+T
Invoegen van uitlaattekens.CTRL+ALT+PERIOD (.)
Invoegen van het Unicode-teken voor de opgegeven Unicode-tekencode (hexadecimaal).Typ de tekencode, en druk vervolgens op ALT+X.
Invoegen van het ANSI-teken voor de opgegeven ANSI-tekencode (decimaal).ALT+"tekenode" (op het numerieke toetsenblok)

Werken met webinhoud

ActieSneltoets
Invoegen van een regelovergangSHIFT+ENTER
Invoegen van een paginascheiding.CTRL+ENTER
Invoegen van een kolomscheiding.CTRL+SHIFT+ENTER
Invoegen van een em-dash (—).CTRL+ALT+MIN (op het numerieke toetsenblok)
Invoegen van een en-dash (–).CTRL+MIN (op het numerieke toetsenblok)
Invoegen van een facultatieve koppelteken.CTRL+HYPHEN (-)
Invoegen van een zachte koppelteken.CTRL+SHIFT+HYPHEN (-)
Invoegen van een beschermd spatie.CTRL+SHIFT+SPATIEBALK
Invoegen van het copyright-symbool.CTRL+ALT+C
Invoegen van het geregistreerd handelsmerksymbool (®).CTRL+ALT+R
Invoegen van het handelsmerksymbool (™).CTRL+ALT+T
Invoegen van uitlaattekens.CTRL+ALT+PERIOD (.)
Invoegen van het Unicode-teken voor de opgegeven Unicode-tekencode (hexadecimaal).Typ de tekencode, en druk vervolgens op ALT+X.
Invoegen van het ANSI-teken voor de opgegeven ANSI-tekencode (decimaal).ALT+"tekenode" (op het numerieke toetsenblok)

Navigeren in een tabel

ActieSneltoets
Naar de volgende cel in de rij gaan en de inhoud ervan selecteren.TAB
Naar de vorige cel in de rij gaan en de inhoud ervan selecteren.SHIFT+TAB
Verplaatsen van de invoegcursor naar de eerste cel in de rij.ALT+HOME
Verplaatsen van de invoegcursor naar de laatste cel in de rij.ALT+END
Verplaatsen van de invoegcursor naar de eerste cel in de kolom.ALT+PAGE UP
Verplaatsen van de invoegcursor naar de laatste cel in de kolom.ALT+PAGE DOWN
Naar de vorige rij gaan.PIJL OMHOOG
Invoegcursor verplaatsen naar de volgende rijPIJL OMLAAG
Verplaats een rij omhoog.ALT+SHIFT+PIJL OMHOOG
Verplaats een rij omlaag.ALT+SHIFT+PIJL OMLAAG

Selecteren van tabelinhoud

ActieSneltoets
Selecteer de inhoud in de volgende cel.TAB-TOETSEN
Selecteer de inhoud in de vorige cel.SHIFT+TAB
Vergroot de selectie naar aangrenzende cellenSHIFT+PIJLTOETSEN
Markeer een kolomSelecteer de bovenste of onderste cel van de kolom, en druk vervolgens SHIFT+OMHOOG- of OMLAAG-TOETSEN.
Selecteer een rijSelecteer de eerste of laatste cel in de rij, en druk vervolgens SHIFT+ALT+EIND of BEGIN.
Selecteer de hele tabel.ALT+5 op het numerieke toetsenbord met NUM-LOCK uitgeschakeld

Plaatsen van alinea's en tabstops in een tabel

ActieSneltoets
Begin een nieuwe alinea in een cel.ENTER
Voeg een tabstop in een cel in.CTRL+TAB

Controleren van een document

ActieSneltoets
Voeg een opmerking inCTRL+ALT+M
Inschakelen of uitschakelen van de revisiemodusCTRL+SHIFT+E
Sluit het revisiegebied.ALT+SHIFT+C

Werken met verwijzingen, citaten en indexering

ActieToets/Sneltoetscombinatie
Markeer een item in de inhoudsopgaveALT+SHIFT+O
Markeer een item in het citaatregisterALT+SHIFT+I
Selecteer opties voor citaten.ALT + SHIFT + F12, Spatiebalk
Markeer een item in de indexALT+SHIFT+X
Voeg een voetnoot inCTRL+ALT+F
Voeg een eindnoot inCTRL+ALT+D
Ga naar de volgende voetnoot.CTRL+SHIFT> KLANTPUNT (>)
Ga naar de vorige voetnoot.CTRL+SHIFT< LINKERPIJL (<)

Uitvoeren van een samenvoegbewerking

ActieSneltoets
Bekijk een voorbeeld van de samenvoeging.ALT+SHIFT+K
Samenvoegen van een documentALT+SHIFT+N
Afdrukken van de samengevoegde documentenALT+SHIFT+M
Bewerken van een document met samenvoeggegevensALT+SHIFT+E
Voeg een samenvoegveld inALT+SHIFT+F

Werken met velden

ActieSneltoets
Voeg een DATUM-veld inALT+SHIFT+D
Voeg een LISTNUM-veld inCTRL+ALT+L
Voeg een PAGINA-veld inALT+SHIFT+P
Voeg een TIJD-veld inALT+SHIFT+T
Voeg een leeg veld inCTRL+F9
Actualiseer de gekoppelde informatie in een Word-brondocument.CTRL+SHIFT+F7
Actualiseer de geselecteerde veldenF9
Verbreek een veldkoppelingCTRL+SHIFT+F9
Wissel tussen een geselecteerde veldfunctie en het resultaatSHIFT+F9
Wissel tussen alle veldfuncties en resultatenALT+F9
Voer GOTOBUTTON of MACROBUTTON uit vanuit het veld met de veldresultaten.ALT+SHIFT+F9
Ga naar het volgende veldF11
Ga naar het vorige veldSHIFT+F11
Vergrendel een veldCTRL+F11
Ontgrendel een veldCTRL+SHIFT+F11

Instellen van de taal voor de spellingcontrole

ActieSneltoets
Toon het dialoogvenster Taal om de taal voor de spellingcontrole in te stellen.ALT+R, U, L
Stel standaardtalen in.ALT+R, L

Internationale tekens invoegen

Om de volgende tekens in te voegenSneltoets
à, è, ì, ò, ù, À, È, Ì, Ò, ÙCTRL+GRAVIS TEKEN ('), de letter
á, é, í, ó, ú, ý, Á, É, Í, Ó, Ú, ÝCTRL+Enkelvoudig aanhalingsteken ('), de letter
â, ê, î, ô, û, Â, Ê, Î, Ô, ÛCTRL+SHIFT+P dakje (^), de letter
ã, ñ, õ, Ã, Ñ, ÕCTRL+SHIFT+TILDE TEKEN (^), de letter
ä, ë, ï, ö, ü, ÿ, Ä, Ë, Ï, Ö, Ü, ŸCTRL+SHIFT:DUBBELE PUNT (:), de letter
å, ÅCTRL+SHIFT+APENSTAARTJE (@), a of A
æ, ÆCTRL+SHIFT+AMPERAND TEKEN (&), a of A
œ, ŒCTRL+SHIFT+AMPERAND TEKEN (&), o of O
ç, ÇCTRL+Komma (,), c of C
ð, ÐCTRL+Enkelvoudig aanhalingsteken ('), d of D
ø, ØCTRL+SOLIDUS (/), o of O
¿CTRL+ALT+SHIFT+Vraagteken (?)
¡CTRL+ALT+SHIFT+Uitroepteken (!)
ßCTRL+SHIFT+AMPERAND TEKEN (&), s

Werken met documentweergaven

ActieSneltoets
Ga naar de leesweergave.
In Word 2007 en 2010 staat deze weergave bekend als de leesmodus op volledig scherm.
ALT+W, F
Ga naar de afdrukweergave.CTRL+ALT+P
Ga naar de overzichtsweergave.CTRL+ALT+O
Ga naar de ontwerpweergave.CTRL+ALT+N

Structureren van een document

ActieSneltoets
Naar een hoger niveau tillen van een alineaALT+SHIFT+NAAR-LINKS
Naar een lager niveau zetten van een alineaALT+SHIFT+NAAR-RECHTS
De alinea verlagen naar de tekstbody.CTRL+SHIFT+N
De geselecteerde alinea's omhoog verplaatsenALT+SHIFT+NAAR-BOVEN
De geselecteerde alinea's omlaag verplaatsenALT+SHIFT+NAAR-BENEDEN
Uitgevouwen tekst onder een kop.ALT+SHIFT+PLUS (+)
Verminderen van tekst onder een kop.ALT+SHIFT+MIN (-)
Alles of alle koppen weergeven of verbergenALT+SHIFT+A
Tekstopmaak weergeven of verbergen.Schuine streep (/) (op het tiencijferige toetsenbord)
Wissel tussen het weergeven van de eerste regel tekst en het weergeven van de gehele tekstbody.ALT+SHIFT+L
Toon alle koppen met de opmaakstijl Kop 1.ALT+SHIFT+1
Toon alle koppen met het opgegeven niveau van de koppen.CTRL+SHIFT+KOPNIVEAU
Voeg een tabstop-teken inCTRL+TAB

Bladeren door het document in leesmodus

ActieSneltoets
Ga naar het begin van het document.HOME
Ga naar het einde van het document.END
Ga naar een specifieke pagina.Voer het paginanummer in en druk op ENTER.
Verlaat de leesmodus.ESC

Gebruik van sneltoetsen met functietoetsen

ToetsBeschrijving
F1Alleen F1: Toont het taakvenster Word Help.
SHIFT+F1: Toont contextafhankelijke hulp of toont/verbergt het venster met opmaakopties.
CTRL+F1: Toont/verbergt het lint.
ALT+F1: Gaat naar het volgende veld.
ALT+SHIFT+F1: Gaat naar het vorige veld.
F2Alleen F2: Verplaatst/kopieert de gemarkeerde tekst of de geselecteerde afbeelding.
CTRL+F2: Toont het paginaoverzichtsbereik.
ALT+SHIFT+F2: Slaat het document op.
CTRL+ALT+F2: Toont het dialoogvenster Openen.
F3SHIFT+F3: Wijzigt de geselecteerde tekst tussen hoofdletters en kleine letters.
CTRL+F3: Knip de geselecteerde inhoud uit de collectie.
CTRL+SHIFT+F3: Plak de inhoud van de collectie.
ALT+F3: Maakt een nieuw bouwsteen.
F4Alleen F4: Herhaalt de laatste opdracht of actie.
SHIFT+F4: Herhaalt de laatste zoekactie of ga naar actie.
CTRL+F4: Sluit het huidige document.
ALT+F4: Sluit Word.
F5Alleen F5: Toont het dialoogvenster Ga naar.
SHIFT+F5: Verplaatst de cursor naar de laatste wijziging.
CTRL+SHIFT+F5: Toont het dialoogvenster Bladwijzer.
ALT+F5: Herstelt de grootte van het documentvenster.
F6Alleen F6: Wisselt tussen document, taakvenster, statusbalk en lint.
SHIFT+F6: Wisselt tussen document, lint, statusbalk en taakvenster.
CTRL+F6: Gaat naar het volgende documentvenster.
CTRL+SHIFT+F6: Gaat naar het vorige documentvenster.
ALT+F6: Gaat van een geopend dialoogvenster terug naar het document.
F7Alleen F7: Toont de taakvenster Editor.
SHIFT+F7: Toont de taakvenster Synoniemenlijst.
CTRL+SHIFT+F7: Bijwerkt de gekoppelde informatie.
ALT+F7: Zoekt naar de volgende spellings- of grammaticafout.
ALT+SHIFT+F7: Toont het taakvenster Vertaler/Opzoek op.
F8Alleen F8: Breidt de selectie uit.
SHIFT+F8: Verkleint de selectie.
CTRL+SHIFT+F8: Schakelt de uitgebreide selectiemodus in/uit.
ALT+F8: Toont het dialoogvenster Macro.
F9Alleen F9: Vernieuwt de geselecteerde velden.
SHIFT+F9: Schakelt tussen veldfunctie en resultaat.
CTRL+F9: Voegt een leeg veld in.
CTRL+SHIFT+F9: Onderbreekt de koppelingen van het huidige veld.
ALT+F9: Schakelt tussen alle veldfuncties en resultaten.
ALT+SHIFT+F9: Voert GOTOBUTTON of MACROBUTTON uit.
F10Alleen F10: Activeert/deactiveert KeyTips.
SHIFT+F10: Toont het contextmenu.
ALT+F10: Toont de taakvenster Selectie.
ALT+SHIFT+F10: Toont het menu of bericht voor beschikbare acties, zoals voor ingevoerde tekst of een AutoCorrectie-aanpassing.
F11Alleen F11: Ga naar het volgende veld.
SHIFT+F11: Ga naar het vorige veld.
CTRL+F11: Vergrendelt het huidige veld.
CTRL+SHIFT+F11: Ontgrendelt het huidige veld.
ALT+F11: Opent de Microsoft Visual Basic for Applications-editor, waar u met Visual Basic for Applications (VBA) een macro kunt maken.
F12Alleen F12: Toont het dialoogvenster Opslaan als.
SHIFT+F12: Slaat het document op.
CTRL+F12: Toont het dialoogvenster Openen.
CTRL+SHIFT+F12: Toont het tabblad Afdrukken in de backstage-weergave.
ALT+SHIFT+F12: Selecteert de knop Inhoudsopgave in de container Inhoudsopgave als de container actief is.

Hier zijn tien super handige tips en trucs voor Microsoft Word die je leven makkelijker zullen maken

  1. Snel opmaken met de Opmaakpenseel: De Opmaakpenseel is een echte redder in nood als het gaat om het snel kopiëren van opmaak. Selecteer gewoon het woord met de gewenste opmaak, klik op de Opmaakpenseel en markeer vervolgens de tekst die je wilt opmaken.
  2. Gebruik van sneltoetsen: Sneltoetsen kunnen veel tijd besparen. Bijvoorbeeld CTRL+C om te kopiëren, CTRL+V om te plakken, CTRL+Z om ongedaan te maken. Er zijn er nog veel meer die je dagelijks leven gemakkelijker maken.
  3. Gebruik van sjablonen: Word biedt een breed scala aan sjablonen voor bijna elke situatie, van cv's tot flyers. Gebruik ze om tijd te besparen en professionele documenten te maken.
  4. Gebruik van opmaakstijlen: Opmaakstijlen zijn ideaal om je document een consistent uiterlijk te geven. Je kunt ze aanpassen en toepassen op verschillende tekstgedeelten om snel en consistent op te maken.
  5. Automatische inhoudsopgave: Maak een automatische inhoudsopgave door de ingebouwde kopstijlindelingen te gebruiken. Word update deze automatisch wanneer je wijzigingen in je document aanbrengt.
  6. Opmerkingen en wijzigingen bijhouden: Deze functie is vooral handig bij samenwerking. Je kunt wijzigingen bijhouden en opmerkingen toevoegen die zichtbaar zijn voor andere gebruikers.
  7. Pas de werkbalk Snelle toegang aan: Voeg de meest gebruikte opdrachten toe aan de werkbalk Snelle toegang om er sneller toegang toe te hebben.
  8. Hyperlinks gebruiken: Voeg hyperlinks toe naar websites of andere delen van je document om er snel naar te kunnen verwijzen. Druk eenvoudig op CTRL+K en voer de URL in.
  9. Documenten opslaan als PDF: Je kunt elk Word-document eenvoudig opslaan als PDF, wat het ideaal maakt om te delen zonder dat het uiterlijk verandert.
  10. SmartArt voor visuele elementen: Gebruik SmartArt om snel professionele grafieken zoals organogrammen of procesdiagrammen te maken.
372, 652, 248, 1038

Sneltoetscombinaties Word - Snelkoppelingen & Sneltoetsen

Gepubliceerd op van Stefan Petri
Gepubliceerd op: Van Stefan Petri
Stefan Petri runt samen met zijn broer Matthias het populaire vakforum PSD-Tutorials.de en het e-learningplatform TutKit.com, dat zich richt op de opleiding en bijscholing van digitale beroepsvaardigheden.