Een aantrekkelijke achtergrond is essentieel voor een geslaagde flyer. Met Photoshop kun je in enkele minuten indrukwekkende ontwerpen creëren die opvallen. In deze tutorial laat ik je vijf snelle en eenvoudige technieken zien om populaire flyer-achtergronden te maken - van dynamische kleurovergangen tot coole grunge-texturen en moderne geometrische patronen. Perfect voor feesten, evenementen of zakelijke flyers. Laten we beginnen en jouw flyers naar een hoger niveau tillen!
1. Scanlines
De ultieme klassieker zijn scanlines, die verticaal, diagonaal of horizontaal op een flyerachtergrond worden geplaatst.
Stap 1: Nieuw document aanmaken
Om zo'n achtergrond te creëren, heb ik simpelweg een passend patroon nodig dat de scanlijnen in mijn afbeelding integreert. Ik maak daarvoor een nieuw document (Ctrl+N) met de afmetingen 4x4 pixels. De achtergrond is transparant.
Stap 2: Scanlijnenpatroon selecteren
Ik zoom zo ver mogelijk in op mijn document.
Met het selectiegereedschap selecteer ik nu precies vier selectievakjes op diagonale wijze van linksonder naar rechtsboven. Om een bestaande selectie toe te voegen, houd ik bij het slepen de Shift-toets ingedrukt.
Stap 3: Selectie met zwart vullen
Ik stel met D de standaardkleuren in de gereedschapsbalk in, als deze nog niet zijn ingesteld, en vul met Alt+Backspace de zwarte voorgrondkleur in mijn selectievakken.
Stap 4: Als patroon instellen
Ik kan de selectie opheffen met Ctrl+D. Ik kies in het menu Bewerken>Patroon definiëren. In het zich openende dialoogvenster geef ik mijn nieuwe patroon de naam "Scanline diagonaal".
Stap 5: Scanlijn invoegen
In een nieuwe laag in mijn flyer vul ik nu met het invulgereedschap mijn scanlijnpatroon in het document. De instelling in de menubalk staat op Patroon. In het keuzemenu selecteer ik mijn zojuist gedefinieerde patroon. Vervolgens klik ik gewoon in het document.
Indien nodig kan ik de dekking nog verlagen. In dit voorbeeld zet ik de dekking op 25 procent.
Stap 6: Variatie voor verticale en horizontale Scanlines
Als ik in plaats van diagonale scanlines liever rechte scanlines naar boven of naar beneden wil, kan ik deze eenvoudig met een eigen patroon aanmaken.
Voor verticale scanlines is mijn patroondocument: 4x1 pixel
Voor horizontale scanlines is mijn patroondocument: 1x4 pixel
Ik plaats gewoon een zwart punt in het document, zoals hierboven beschreven. Vervolgens definieer ik de patronen via het menu Bewerken. In dit voorbeeld is de laag met de horizontale scanlines ingesteld op de modus Overlap.
Als ik de afstanden tussen de lijnen onderling wil verkorten of verkleinen, pas ik gewoon de paginamaat van het patroonbestand aan. Voor bredere afstanden kies ik een aspectratio van 5:1, 6:1 of meer, voor smallere afstanden van 3:1 of 2:1.
Intuïtief kan ik dit ook gewoon doen met het uitsnijgereedschap om het document te vergroten. Hierdoor vergroot zich het aspectratio zoals ik dat wil.
Stap 7: Schalingen van scanlines
De toepassing van het patroon kan ook als patroonoverlay gebeuren. Ik maak daarvoor een nieuwe laag met Ctrl+Shift+Alt+N en vul deze met een willekeurige kleur. De Laagvulling zet ik op 0 procent. In de Opvullopties kies ik het tabblad Patroonoverlay. Daar kan ik mijn zojuist vastgelegde patroon oproepen. Dit patroon kan ik schalen en daarmee de scanline-look nog wat optimaliseren.
Uitstapje: Scanlines-foto-effect
Onze presentator Mosh heeft in een tutorial een quicky voorgesteld over hoe een scanline-achtig effect in foto's levendig kan overkomen.
Voorbeeld: Vuurtorenfoto - Fotobron: Denis Pepin @ Fotolia.com
Allereerst dupliceer ik mijn achtergrondlaag met Ctrl+J. Met het selectiegereedschap: Enkele kolom kies ik een pixelkolom in een opvallend deel van mijn afbeelding.
Met Ctrl+T kan ik mijn selectie transformeren. Ik trek het selectiekader naar links en rechts tot aan de rand van de afbeelding.
De selectie kan ik opheffen met Ctrl+D. De Opvulmethode verander ik in Luminantie bij 30 procent Dekking.
De laag dupliceer ik met Ctrl+J en ik plaats de duplicaat in de laagmodus Zacht licht bij 30 procent Dekking.
Als voorlaatste kan ik aan mijn achtergrondlaag via het menu Filter>Lenscorrectie nog een vignet toevoegen. Ik kies een Sterkte van -100 met een Gemiddelde van +20. Tot slot voeg ik nog een korte tekst "Rügen 2010" toe met een 150-Pt-Jellyka in het zwart.
Dit als een snelle tip voor een foto-effect. Gewoon proberen en experimenteren met de opvulmethoden.
2. Gepunkt en met reliëf
Stap 1: Eenvoudig gepunkt
Op dezelfde manier als scanlijnen gemaakt worden, kan ik ook gestippelde patronen maken als achtergrond voor een flyer. Hiervoor maak ik eenvoudig een nieuw document van 4x4 pixels.
Met het Markeergereedschap selecteer ik de vier pixels rechtsonder en vul deze met zwart. Vervolgens stel ik het patroon in via het menu Bewerken.
In de modus Vermengen bij 70 procent Dekking ontstaat zo ook een snelle manier om een interessante achtergrond voor flyers te gebruiken.
Stap 2: Gepunkt met reliëf
Een nog beter effect van het gestippelde uiterlijk bereik ik door een pixelrelief te creëren.
Hier maak ik eerst een nieuw document van 3x3 pixels. De middelste pixel vul ik met zwarte kleur. De twee aangrenzende pixels respectievelijk onder en rechts krijgen een 50% grijs. De pixel rechtsonder vul ik met 80 procent lichtgrijs.
In de modus Vermengen biedt het reliëf effect nog een interessante mogelijkheid om flyer-elementen vorm te geven.
Stap 3: Cirkelmozaïek
Ik maak ook nog een nieuw document van 20x20 pixels. De achtergrond is hier ook transparant.
Met het Ovaal gereedschap trek ik met ingedrukte Shift-toets (die zorgt ervoor dat mijn cirkel ook perfect rond is) een cirkel in het document. De kleur is zwart – dat is echter niet echt belangrijk.
Vervolgens stel ik de cirkel in als patroon en kan deze gebruikt worden als achtergrondeffect. Als alternatief kan ik ook de cirkel gewoon transparant laten en de buitenste delen zwart kleuren. Hierdoor kunnen ook foto's op een mooie en creatieve manier geaccentueerd worden.
3. Rasteringseffecten
Stap 1: Rasteringsfilter als alternatief voor het instellen van patronen
De mogelijkheid om gestippelde achtergronden te creëren met behulp van patronen is ook mogelijk zonder de omweg van het instellen van patronen.
Ik maak een nieuwe laag en vul deze met 50% grijs. De modus zet ik op Vermengen.
Vervolgens open ik het filter Rasteringsfilter via het menu Filter>Stileerfilters.
De patroonsoort is Punt met een Grootte van 1 en een Contrast van 30. Om de contrastinstelling te bepalen, is het aan te raden om ver in te zoomen op de voorvertoning (400 procent werkt goed).
Ik bevestig met OK. Mijn gestippeld raster is klaar.
Stap 2: Variatie met cirkels en lijnen
Naast de patroonsoort Punt vind ik in het filter Rasteringsfilter ook de Cirkel en Lijnen. Deze twee patroonsoorten zijn ook erg leuke mogelijkheden voor eenvoudige flyerachtergronden.
Voorbeeld van horizontale lijnen:
Stap 3: Transformaties bij lijnen
Het nadeel van het genereren van rasteringseffecten via het filter is dat ik niet echt uitgebreide variatiemogelijkheden in grootte heb. Als ik hele fijne lijnen in de afbeelding wil hebben, kom ik bij dit filter aan mijn grenzen. Dan blijft het enige over om ofwel het rasteffect in een groter document uit te voeren, te dupliceren naar mijn huidige document en te verkleinen met Ctrl+T.
Hetzelfde kan ik ook doen door simpelweg de bestaande laag vanaf het begin te verkleinen met Ctrl+T, te dupliceren met Ctrl+J en vervolgens in het ontstane gat in te voegen.
Conclusie: Het filter Rasteringsfilter is in staat om mij snelle oplossingen te bieden voor soepele flyerachtergronden. Voor fijn afgestemde afstanden van lijnen en punten kan ik echter niet om de patronen heen.
Voorbeeld van cirkels:
4. Raster- en lijnpatronen
Voor de presentatie van producten, logo's of typografische elementen kan het soms handig zijn om een opvallend raster of patroon op de achtergrond van de flyer te plaatsen. Ik wil hier twee mogelijke manieren laten zien om op een eenvoudige manier interessante achtergronden te creëren.
4.1 Lijnpatroon met gloedeffect
In het eerste voorbeeld laat ik zien hoe je een lijnpatroon met gloedeffect kunt maken.
Stap 1: Nieuw document
Ik maak een nieuw document met de afmetingen 1200 x 800 pixels. De achtergrond is zwart.
Stap 2: Twee nieuwe lagen maken
Met Ctrl+Shift+Alt+N maak ik een nieuwe laag. Ik voer de sneltoets vervolgens twee keer uit.
Stap 3: Lijnengebied selecteren en vullen met witte kleur
Met de Lasso-tool selecteer ik het ongeveer gebied van mijn lijnpatroon. Hierbij is de bovenste laag geactiveerd. Ik vul de selectie met witte kleur.
Stap 4: Vervagen
Ik roep via het menu Filter>Vervagingsfilter de Gaussische vervaging op.
De Straal moet zo gekozen worden dat de randen mooi vervagen. In mijn voorbeeld passen ongeveer 50 pixels heel goed.
Stap 5: Sprankelen
Ik stel de laagmodus in op Twirl.
Stap 6: Samenvoegen met onderliggende laag naar één laag
Om het sprankelende effect te behouden, maar toch terug te keren naar de laagmodus Normaal, markeer ik de laag met de onderliggende en combineer ze via de sneltoets Ctrl+E tot één laag.
Stap 7: Bewegingsonscherpte
Ik selecteer via het menu Filter>Vervagingsfilter de Bewegingsonscherptefilter.
Daar kies ik een gemiddelde Afstand van ongeveer 275 pixels om van mijn spetters een lijnvormig effect te creëren.
Stap 8: Laag dupliceren en lattengebiedseffect
In de volgende stap dupliceer ik de laag, verlaag de dekking naar 50 procent en open via het menu Filter>Artistiek de Lattengebiedseffectenfilter.
Ik stel de Patroonsoort in op Lijn met een Grootte van 1 en een Contrast van 0.
Stap 9: Filtereffect inkleuren
Ik maak een aanpassingslaag Kleurtoon/Verzadiging. Om mijn lijneffect in te kleuren, activeer ik het selectievakje Kleuren.
• Kleurtoon: 224 voor de blauwtint
• Verzadiging: 39
• Helderheid: -10 tot 0 - afhankelijk van het gewenste uiterlijk
De achtergrond is klaar en kan worden gebruikt voor een logo, tekst of iets dergelijks:
Stap 10: Transformeren
Ik markeer de twee lijnlagen en converteer ze vervolgens naar een Slim object. Met Ctrl+T kan ik het aanzicht nog wat dynamischer maken door de lijnen van linksonder naar rechtsboven te laten lopen.
Stap 11: Logo en bijsnijden aanpassen
Mijn logo kleur ik via een Kleur-overlay in de Vulopties zwart en stel een Gloed buiten in het wit in bij 75 procent Dekking en 35 Px Grootte in de modus Kleurbereik.
Met het Uitsnijdingsgereedschap kan ik de grootte van mijn document nog naar wens aanpassen.
4.2 Rasterpatroon
Een rasterpatroon vormt een zeer goede achtergrondelement in een flyer. Het kan als geheel op de achtergrond of als markerend designelement worden gebruikt.
Stap 1: Patroon maken
In een nieuw document met de afmetingen 50x50 en een transparante achtergrond, trek ik met het Selectiegereedschap boven en links een smalle selectiestrook. Ik vul deze selectie met witte of zwarte kleur.
Vervolgens sla ik het patroon op via het menu Bewerken>Definieer patroon.
Stap 2: Raster als achtergrondpatroon
Ik kan het patroon gebruiken als een normaal achtergrondelement door een nieuwe laag te vullen met het patroon met het Vulgereedschap.
Als ik bredere rasters wil, kan ik dit eenvoudig doen via de Vulopties door het raster over een Contour te geven met dezelfde vulmethode.
Als het raster in plaats daarvan groter of kleiner moet zijn, is het handig om een laag met een willekeurige kleur aan te maken, de Vulregelaar op 0 in te stellen en een Patroonoverlay met het rastervormgeving in de Vulopties in te stellen. Daar kan ik dan het raster schalen zoals gewenst.
Voor optimale verdere bewerking kan ik mijn Patroonoverlay via Rechtsklikken ook uitvoeren als een eigen laag.
Stap 3: Raster als ontwerpelement
Een raster kan ook prima worden gebruikt als ontwerpelement.
In dit voorbeeld (Afbeeldingsbron: Mike Liu - Fotolia.com) wil ik de lichtgloed nog dynamischer maken. Daarom voeg ik in een nieuwe laag met het Vulgereedschap het rastervormgeving toe.
Met Ctrl+T>Buigen pas ik mijn raster aan naar de verloop van de lichtgloed. Zo krijgt de lichtgloed een dynamisch extra effect.
Als ik in de Vulopties een witte Gloed naar buiten met een Grootte van 20 pixels in de modus Kleurig oplichten instel, lijkt het effect nog extra op aangename wijze.
In het vuurtorenbeeld kan ik de maritieme sfeer nog benadrukken door met een raster een golf te simuleren. Ook hier voeg ik mijn raster in een nieuwe laag in en buig het naar een golfachtige vorm.
Aan het raster geef ik in de Vulopties ook een witte Contour aan de buitenkant met een Grootte van 1 pixel. Hierdoor wordt het raster iets dikker.
Op dezelfde manier als het raster kan worden gevarieerd in vorm met Buigen, kan ik ook rasterlijnen en cirkels accentueren in de weergave door Transformaties en Lagenmaskers. Bij lijnpatronen kan ik zelfs Sinusgolven simuleren.
In dit voorbeeld heb ik een cirkelraster ingevoegd en via een Lagenmasker in de weergave beperkt tot het binnenste gebied, waardoor er een soort vonkeffect ontstaat aan de top van de vuurtoren.
5. Endlospatronen en naadloze tegels
Endlospatronen en naadloze tegels worden vaak gebruikt voor flyer- en websiteachtergronden. In het laatste deel van mijn tutorial wil ik verschillende benaderingen voor het maken van endlospatronen tonen.
5.1 Het eenvoudige endlospatroon
Ik heb een afbeeldingsuitsnede die ik graag als endlospatroon wil maken. Bij gestructureerde afbeeldingen slaag ik er vaak heel goed in een patroon te maken zonder zichtbare aansluitingen. Het is belangrijk dat de selectie succesvol is.
Stap 1: Patroongebied selecteren
In mijn voorbeeld wil ik een endlospatroon maken van deze textuur. Met Ctrl+A selecteer ik het gehele beeldgebied. Omdat - zelfs bij CS5 - de mogelijkheid om selecties te wijzigen via het menu Selectie is uitgeschakeld, neem ik een alternatieve route om een nauwkeurige selectie te maken.
Nadat ik Rechtsklik>Selectie transformeren heb gekozen, verschijnen er in de menubalk meerdere numerieke invoervelden. Hier stel ik mijn selectie in hoogte en breedte in op respectievelijk 70 procent. Vervolgens bevestig ik met Enter.
Stap 2: Selectie kopiëren en plakken
Met Ctrl+C & Ctrl+V kan ik mijn selectie kopiëren en plakken in een nieuwe laag.
Stap 3: Patroon vrijstellen en instellen als patroon
Met het Vrijstelgereedschap stel ik het patroon vrij. Via het menu Bewerken kan ik het patroon instellen.
Stap 4: Gebruik als achtergrond
In mijn flyer maak ik een nieuwe laag aan en vul deze met een willekeurige kleur. De Vulregelaar stel ik in op 0 procent. In de Vulopties wijs ik mijn flyer het eerder ingestelde patroon toe in het tabblad Patroonoverlay.
De Vulmethode stel ik in op Luminantie. De Dekking wordt verminderd tot een lagere waarde. Met de Schaalregelaar kan ik het patroon in grootte variëren. Voor een nauwkeurige positionering is het handig om direct met de muis in het document mijn patroon naar de juiste plek te slepen.
5.2 Het herhalende patroon
Om dit typische "behangoptiek" te krijgen, dat vaak te zien is als herhalend patroon in achtergronden van websites en flyers, moet ik een verschuivingsfilter gebruiken.
Stap 1: Vorm maken en als patroon instellen
Met het Eigen vormgereedschap maak ik een bloemvorm in een document van 500 x 500 pixels, die mijn behangpatroon moet worden. Ik positioneer de vorm precies in het midden van het document. Vervolgens stel ik mijn bloemenvorm in als patroon.
Stap 2: Afstand instellen
De behanglook is op zich nog niet compleet, ook al zou ik het patroon al herhalend kunnen gebruiken. Wat ontbreekt is de afstand. Om deze te bereiken, maak ik een nieuw document van tweemaal de grootte van het vorige, dus 1000x1000 pixels.
Ik vul een laag met mijn patroon. Er verschijnen vier elementen. Met het Selectiegereedschap kies ik een kolom van het patroon.
Met behulp van het menu Filter>Overige filters>Verschuivingseffect stel ik een verticale verschuiving van het effect in. Ik kies de pixels zo dat de bovenkant precies aansluit op de onderkant.
Vervolgens stel ik dit patroon in via het menu Bewerken en kan ik het gebruiken als achtergrond in mijn flyer. Ook hier wordt het patroon als patroonoverlay op een grijze laag geplaatst in de Luminantie modus met 20 procent dekking.
5.3 Naadloze tegels met texturen
Zo eenvoudig als in het eerste voorbeeld lukt het natuurlijk zelden om een patroon te genereren zonder zichtbare aansluitingen.
Toch kunnen ook onregelmatige texturen naadloos herhaald worden. Hiervoor gebruik ik opnieuw het filter Verschuivingseffect en repareer ik vervolgens de zichtbare randen.
Stap 1: Verschuivingseffect toepassen
Mijn textuur heeft een grootte van 1000 x 1000 pixels. Als ik dit als patroon instel en toepas in een groter document, zien de overgangen er als volgt uit:
Ik keer terug naar mijn textuur bestand met de originele grootte van 1000x1000 pixels. Via het menu Filter>Overige filters kies ik het filter Verschuivingseffect. Daar stel ik een horizontale en verticale verschuiving van precies de helft in, dus in beide gevallen 500 pixels.
Stap 2: Zichtbare naad repareren
Nu is de zichtbare naad in het midden duidelijk zichtbaar.
Sinds CS5 is er de functie van inhoudsgevoelig repareren in het Bereikreparatiepenseel. Met het Bereikreparatiepenseel markeer ik de naden met een zachte penseelpunt. Het selectievakje Inhoudsgevoelig is ingeschakeld.
De naden worden nu automatisch gerepareerd. Het kan zijn dat ik dit meerdere keren moet doen.
Maar naar mijn mening is het meest effectieve gereedschap om randen te repareren nog steeds het Herstelgereedschap, dat ook door gebruikers die nog niet de CS5-versie gebruiken, kan worden ingezet. Met de geactiveerde Broncheckbox selecteer ik eenvoudig de naden en sleep de selectie naar een schoon gebied. Er wordt een correctie toegepast op kleur, verzadiging, helderheid en contrast en de zichtbare naad wordt overtuigend gerepareerd.
Zodra de zichtbare naad gerepareerd is, stel ik mijn patroon in via het menu Bewerken.
Stap 3: Naadloos tegelpatroon toepassen
Ik maak een nieuw bestand van 2000x2000 en kan nu met het Vulgereedschap mijn naadloos getegelde textuur toepassen.
Met name texturen zijn zeer bruikbaar wanneer verouderingseffecten, grunge-effecten, enz. in afbeeldingen moeten worden toegevoegd. Zie afbeelding hieronder (Bron afbeelding: Lev Dolgatsjov - Fotolia.com).
Daarom is het handig bij zeer grote documenten om eenvoudig niet-getegelde texturen naadloos te maken. In dit voorbeeld was de eerder getoonde textuur ingevoegd in de afbeelding in de modus Overlappen als Overlay en met een aanpassingslaag Kleur/Verzadiging als Knipmasker iets gedesatureerd.
Dit tutorial is voorzien van een set van 16 patronen als werkbestand. Hierin vindt u de diagonale, horizontale en verticale scanlijnen, pixelreliefs en puntmotieven, cirkelmozaïeken en roosterpatronen die in dit tutorial zijn getoond.